Dennis van den Ing, Trainer in overweging, 0172SPORT column, 0172SPORT

Systemen

Veel mensen spreken zich uit over systemen die er gespeeld worden en daar hangen vele verhalen over op: ‘waarom nou dat systeem?’. En waar praten we dan over als het gaat om systemen, 1-4-3-3 met de punten naar voren, punt naar achteren of een vlak middenveld. 1-4-4-2 met een vlak middenveld, punt naar voren of naar achteren, of in een ruit spelen.

In het moderne voetbal zie je steeds meer de variant 1-3-5-2 of 1-5-3-2. Het ligt eraan of je aanvallend of verdedigend denkt. Wat vooral opvalt is dat we het een systeem noemen en vergeten dat het niet meer is als een gekozen veldbezetting. Laat de bal maar rollen en de spelers gaan bewegen (bijna allemaal). Wat is er dan nog over van het genoemde systeem of veldbezetting? Spelers gaan door elkaar heen lopen en er ontstaat ineens totaal iets anders. Het vertrekpunt is leuk gekozen, het gaat om de uitvoering en vooral de afstemming tussen team, de diverse linies en de spelers die van elkaar dienen te weten wat er gaat gebeuren.

Ook het Nederlands team speelt in de moderne vorm 1-5-3-2, waarin opvallend is dat de as negen mensen telt en dat de opkomende backs of buitenste middenvelders de gehele vleugel bezetten. Op basis waarvan maak je de keus. Is dit gebaseerd op de visie van de trainer, de cultuur van de club, doorbouwen op de vorige trainer, de kwaliteit van je spelers, de stand op de ranglijst, het belang van de wedstrijd, of bepaald de tegenstander jouw veldbezetting? Indien de kwaliteit van de spelers leidend is zouden veel ploegen een andere veldbezetting hebben dan waarin ze nu spelen. En is de veldbezetting heilig als het gaat om de resultaten? Laten we eerlijk zijn, een team in vorm wint ook met één spits en een team uit vorm verliest met acht verdedigers. Het zijn allemaal keuzes die gemaakt worden en waarin de trainers al dan niet worden gevoed door opinie, door de achterban of ook wel de man met de portemonnee. Iedereen heeft een mening en iedereen wil invloed, als het misgaat krijgt toch de trainer de schuld. We onthouden namelijk heel goed welke trainer er degradeerde, nooit wie er allemaal in dat team speelden.

‘Een team in vorm wint ook met één spits en een team uit vorm verliest met acht verdedigers’

Dennis praat liever over veldbezetting dan over het gekozen systeem

Belangrijker is om eens na te denken over de keuzes van de posities, op welke positie speel jij en wanneer is die keuze bepaald? Het is zeer komisch, maar veel spelers zijn door een vrijwillige papa op een plek gezet toen ze voor het eerst gingen voetballen. ‘Jij speelt achter en jij speelt voor’, dat neem je dan voor de rest van je leven maar voor lief. Ik zeg niet allemaal, echter zijn het er wel heel veel die vanaf de E-pupillen op dezelfde plaats spelen. De hoofdtrainer gaat ook vaak uit van waar speel jij altijd en stelt hem in de gelegenheid om ook daar te spelen. Een andere gedachte is dat aanvallers niet kunnen verdedigen, terwijl ze heel vaak de tegenstander moeten afjagen en dan willen we bij de “2 of 5” de bal veroveren? Maar tijdens de training zien we ze wel jagen, maar nooit opgeleid worden tot een verdediger of dat ze in de situatie komen dat ze leren om ballen af te pakken. Langs de kant schreeuwen de supporters dat hij niet kan verdedigen en dat hij vaak domme of onnodige overtredingen maakt omdat hij aanvaller is. Systeem of veldbezetting maken weinig uit, zolang je niets samen doet komt er weinig terecht van het resultaat.

De veldbezetting is bepaald, de posities zijn ingevuld, dus kunnen we aftrappen in een voor mij logische 1-4-3-3 formatie met de punt naar voren. Een driehoekje op het middenveld heb ik dan omdat ik dat wel heel leuk vind spelen. Andere kiezen om met de punt naar achter te spelen, dan heb je je driehoekje met “3, 4 en 6” en “8, 10 en 9”. Ook hier maak je dus al keuzes, met de punt naar achter spelen kun je namelijk makkelijker een “3 of 4” laten inschuiven. Met de punt naar voren doe je dat al meer met je backs en dan moet je je afvragen of je dan voldoende driehoekjes krijgt om een positiespel te spelen. Met de punt naar voren is de ruimte op de vleugels makkelijker te bespelen dan met de punt naar achteren, echter is die ruimte dan wel voor in de bal spelende buitenspelers, dan moet je dus heel goed zijn in de één-tegen-één. In het kort komt het erop neer, coaches hebben altijd keuzes om te kiezen wat ze willen en welke veldbezetting daarvoor nodig is. Wat je systeem, veldbezetting of formatie ook is, de vraag is ‘hoe reageren de spelers op wat jij graag wil en hoe goed kan jij dit overbrengen op de spelers’.

Nu maar hopen dat we snel weer kunnen trainen en spelen, dan kunnen we kijken welke keuzes er op de velden worden gemaakt. Blijf vooral gezond.

Beau Snellink geniet en leert tijdens NK in Thialf

0172SPORT, Amateurvoetbal, Coronavirus, afgelasting

Nieuwe coronamaatregelen zorgen voor lange winterstop