We moeten ons gelukkig prijzen dat we (bijna) alles kunnen zeggen en (bijna) alles kunnen doen in dit land, ook al worden de kadertjes steeds nadrukkelijker vanuit Den Haag ingevuld. Ook voor wat betreft vrijheid van pers en meningsuiting kunnen we vér gaan in Nederland. En daar heeft uw columnist weer baat bij.
Sommigen moeten toch écht in bescherming worden genomen, want chauvinisme is kennelijk het nieuwe ‘spel zonder grenzen’. Totaal blind voor het eigen onvermogen worden er wedstrijdverslagen op de clubwebsite geplaatst, die de waarheid zwaar geweld aan doen. De oorzaak van een nederlaag wordt nooit binnen de eigen gelederen gezocht, maar meer richting tegenstanders en officials. Vaak een kern van waarheid, maar als je het té vaak langs ziet komen gaat de geloofwaardigheid er hard van af…
Toegegeven: Ook ik bezondig mij er aan, maar ik weet wél van mezelf dat ik de desbetreffende tegenstander niet zal kwetsen. Sterker nog: Dat kan zich tegen jou keren en zij kunnen er motivatie uit putten. Dat kan nooit de bedoeling zijn. Bovendien zijn deze meningen vaak met feiten en statistieken onderbouwd die het verhaal sterker maken. Uiteraard mag je een mening hebben want dat levert voer voor discussie. Maar ook enige satire, zelfspot en humor met een knipoog is mij niet vreemd. Daar moeten mensen niet zo’n aanstoot aan geven. Het is en blijft een stuk tekst. En als je het niets vindt, moet je maar in de negeermodus gaan zitten…
‘Een beetje chauvinisme mag maar hou het respectvol en geloofwaardig’
André over de vrijheid van pers en meningsuiting
Het eerste kwartaal van 0172SPORT zit er bijna op. Wekelijks worden er door ondergetekende voorbeschouwingen aangeleverd en altijd tracht ik hierin positief te zijn over ‘onze clubs’. Maar puntjes van kritiek ga ik evenmin uit de weg, want dat moet kunnen in mijn ogen. De intentie van de schrijver is echter wél dat hij de mensen over wie hij schrijft op een waardige manier neerzet, want de fysieke confrontatie is onvermijdelijk in deze gemeenschap en kleine wereld. En als men je uitkotst is het snel gedaan met zowel de schrijver als hetgeen hij vertegenwoordigt.
Een beetje chauvinisme mag best, maar overdrijf het niet. Men mag gerust de pijnpunten noemen, want die zijn er zeker. En hou het vooral respectvol en geloofwaardig. Niet jouw eigen mythe creëren, maar waardig blijven. Dan kan er veel, héél veel. Ook al blijf je kritisch; vroeg of laat kom je degene tegen waarover je zo kritisch bent geweest. En als je elkaar een telletje strak in de ogen kijkt weet je precies hoe je ervoor staat.
Een minzaam lachje betekent zoiets van: ‘Ik heb het gelezen, maar ik neem je niet serieus.’ Een felle blik is een simpele ‘ik moet jou niet.’ Een grote glimlach is tenslotte een ‘schrijf wat je wilt; ik trek mijn eigen plan.’ Een wederzijdse glimlach terug met een knipoog geeft dan aan dat er een onderling respect aanwezig is.
En zó trekken we door voetballand, altijd op zoek naar een onderwerp waarover iets te zeggen of te schrijven valt. Soms ingehaald door de actualiteit of de schrijver wordt geattendeerd op zaken waarover hij zijn blik wil laten schijnen en mening wil ventileren. Altijd vol inspiratie gaat hij hiermee aan de slag. Het pennetje gevuld, de tong vol met woorden en gáán. Tot in lengte van dagen…