Afgelopen zaterdagochtend moest ik (als vrijwilligster van SV Zevenhoven) even naar de club om wat randzaken te regelen. Terwijl ik het hek opende en het terrein betrad, werd ik meteen met de neus op de feiten gedrukt: een lege kantine, een leeg terras én lege voetbalvelden. Helaas is dit voorlopig weer het aanzicht bij sportverenigingen. Geen goedemorgen, geen succeswensen en zelfs geen vrolijke kinderen die naar je toe rennen om te vertellen dat ze gewonnen hebben, omdat ook zij niet mogen voetballen op zaterdag…
We zijn een week verder nadat de nieuwe maatregelen zijn ingegaan. De meeste maatregelen kan ik begrijpen – hoe vervelend ze ook zijn – maar toch kan ik me lang niet overal in vinden, zoals waarschijnlijk zovelen. Wat betreft sport, vraag ik me onder andere twee dingen af. Allereerst, waarom mogen we wel met 30 (!) man binnen sporten, maar niet buiten op het veld? Hoe krom is dat!
Laten we vooropstellen dat ik het volkomen logisch vind dat we als volwassenen ‘contact’ voorlopig moeten vermijden, ook tijdens het sporten. Een normale voetbaltraining of -wedstrijd zit er daarom niet in. Wat ik echter niet begrijp is dat we niet op 1,5 meter afstand mogen trainen – zoals wel in mei het geval was. Als ik naar mijn eigen team kijk, dan ging het ‘op 1,5 meter trainen’ heel goed. We hadden zelfs nog nooit zulke creatieve trainingen gehad! Tuurlijk is zo’n training uiteindelijk een stuk minder leuk, want positiespel of een partijvorm is niet mogelijk, maar je was tenminste wel als team bezig.
Aankomende periode zit trainen op deze manier er niet in. Er zijn nu – naast 1,5 meter afstand houden – namelijk heel wat extra strenge voorwaarden opgesteld. Je mag nog maar met maximaal vier personen trainen, de train(st)er moet voor ieder groepje een eigen vak uitzetten en alle groepjes moeten de hele periode hetzelfde blijven. Alsof dat nog niet genoeg is, moet er ook iedere training een handhaver, bijvoorbeeld een clubcoördinator, aanwezig zijn om alles in goede banen te laten leiden. Vooral dit laatste punt is voor veel clubs niet te realiseren. Bovendien is er op deze manier natuurlijk niks aan. En ondertussen mogen we wel met 30 mensen in dezelfde binnenruimte sporten, die vele malen kleiner is dan een sportveld. Afgelopen periode werd constant benadrukt dat buiten sporten (op afstand) beter zou zijn, maar dan is deze maatregel dus erg tegenstrijdig?
‘Vooral kinderen zijn de dupe van ons gedrag’
Angel over het gedrag van ouders om toch bij wedstrijden te kunnen zijn
Maar goed, de overheid beslist en dus moeten we het accepteren. Wij als volwassenen kunnen ons er heus wel even overheen zetten, maar kunnen kinderen dat ook? Daarmee komen we meteen bij het tweede wat ik me afvraag: waarom zijn ook de jeugdwedstrijden stilgelegd?
Wedstrijden leiden tot veel extra reisbewegingen en sociale contacten. Om dit te beperken heeft de overheid besloten om voorlopig alle amateurwedstrijden stil te leggen, dus ook van kinderen. Toen ik dit hoorde vroeg ik mezelf meteen af: is dit nou wel nodig? Ik bedoel, kinderen hoeven géén 1,5 meter afstand te houden en de scholen blijven gewoon open. Waarom mogen zij dan niet hun favoriete spelletje spelen in het weekend?
Nadat ik meerdere mensen hierover heb gesproken en als we terugkijken op afgelopen weken, dan denk ik dat ik het antwoord op bovenstaande vraag ondertussen wel weet. Want nadat eerder bekend werd dat er geen publiek meer aanwezig mocht zijn tijdens wedstrijden vond iedereen daar wat van. Er was begrip, maar toch ook weer niet. Vooral ouders hadden moeite met deze regel. Zij mochten immers niet meer bij de sportwedstrijd van hun eigen kind(eren) kijken. Wat natuurlijk niet leuk is, ook niet voor de kinderen zelf. Het gevolg: veel ouders begonnen zich in allerlei bochten te wringen om toch aanwezig te zijn. Ze meldden zich bijvoorbeeld massaal aan om te rijden naar uitwedstrijden, om te vlaggen of om te fluiten. (Waar we normaalgesproken juist heel blij mee zouden zijn!) Want als rijouder of begeleider mocht je tenminste wel mee als publiek. En ja, precies daar ging het dus mis. Her en der zag je teams aankomen met veel te veel ‘begeleiding’, en dat terwijl er nadrukkelijk gezegd werd: “Houd het aantal rijouders beperkt tot wat je nodig hebt.”
Maar dat was niet het enige gevolg. Ook zag je bij meerdere verenigingen ouders op de meest creatieve plekken buiten het complex plaatsnemen: achter het hek, aan de andere kant van de sloot, op het fietspad langs het veld en noem zo maar op. Uiteraard gebeurde dat vaker niet dan wel op 1,5 meter afstand. Want als je dan toch aan het kijken bent, dan is het wel zo gezellig om even te socializen met andere ouders.
Als je deze twee gevolgen bij elkaar optelt, dan is het nieuwe besluit van de overheid om ook jeugdwedstrijden stil te leggen met de bijbehorende argumentatie ‘omdat wedstrijden leiden tot veel extra reisbewegingen en sociale contacten’ volkomen terecht. Het is alleen zo jammer dat de kinderen hier niks aan kunnen doen. Sterker nog, zij zijn nu de dupe van ons gedrag.