Het seizoen zit er bijna op, dus tijd om de balans te gaan opmaken. Voor de één een prachtig seizoen, voor de ander eentje als zovelen en wéér voor een ander eentje om snel te vergeten. Sommigen blikken al vooruit naar volgend seizoen en proberen nu al hun selecties op orde te krijgen…
Met één kampioen en één zekere degradant is die scheidslijn al getrokken. Er kan nog een degradant bijkomen, nacompetitie voor behoud of promotie lijkt er dit seizoen niet in te zitten voor ‘de onzen’. Voor ons als volgers lijkt het seizoen eind mei dan écht over en dat is jammer, want een toetje is toch altijd wel een lekkere bekroning van een goede maaltijd.
Tóch zijn er zaken niet onopgemerkt gebleven. In het betaalde voetbal deed de VAR zijn intrede, werd er flink tijdgerekt en werden er vele minuten bijgeteld om richting het einde te gaan. Al dan niet geveinsde blessures, die een behandeling wensten, het vertragen bij de cornervlag en opzichtig vertragen bij dode spelmomenten waren schering en inslag. Op de amateurvelden zie je hiervan veelvuldig kopieergedrag in navolging van hun helden en vedetten op de televisie. Je kunt er met zijn allen iets van vinden, maar dat soort randzaken zijn in het hedendaagse voetbal niet meer weg te denken. Maar er zijn ook goede voorbeelden die overgenomen kunnen worden…
We hebben dit seizoen enkele Europese spektakelstukken langs zien komen. Onmogelijk geachte prestaties zelfs. Niet in de laatste plaats door nimmer aflatende arbeid die nodig is voor een maximaal resultaat. Nooit opgeven, ook al is de tegenstander vele malen groter. Geld speelt niet altijd een rol en gelukkig maar. Anders zou alles té voorspelbaar gaan worden en kunnen de wedkantoren wel sluiten. Maar er is nog iets dat opviel.
De laatste minuut… The dying seconds… Verletzungszeit, hoe je het ook noemen wilt. Ik kan mij in ieder geval geval geen seizoen herinneren dat dit aspect zo’n prominente rol heeft ingenomen. De extra tijd wordt altijd bepaald door de scheidsrechter naar aanleiding van wat er zich eerder in de wedstrijd heeft afgespeeld. Over het algemeen staat er onofficieel dertig seconden voor een wissel, dus als beide ploegen dit kunstje drie keer uitvoeren komen er dus drie minuten bij. Een makkelijk rekensommetje, maar dat wordt lastiger in te schatten als er (langdurige) blessures zijn geweest. Interpretatie van de referee en speculaties alom…
Het verschil tussen winnen en verliezen zit vaak in details, voetbalintelligentie en ook tactisch vermogen. Met een voorsprong moeten die ballen gewoon zo ver mogelijk van het doel af. Terreinwinst telt dan en misschien loeren op een uitval door de geboden ruimte. Klinkt simpel, maar als de druk dermate hoog is valt het niet mee om uit die wurggreep te blijven. Boeiend is het altijd wel om te zien.
Is het geluk of is het een kwaliteit om toe te slaan in de absolute slotfase van een wedstrijd? Die vraag hebben vele voetbalgeleerden al gesteld. In mijn ogen is het een gezonde karaktertrek om tot het laatste moment aan toe er vol voor te gaan. Dat was voorbehouden aan de Duitsers, maar tegenwoordig is dat niet meer gebonden aan een nationaliteit. Euforie en verdriet liggen dichtbij elkaar en dat maakt de sport tot een boeiend schouwspel, met alle gevolgen van dien…